Een woord vooraf, overgenomen uit het VCP (link VCP 3.46 Mb).
Kampen is een aantrekkelijke Hanzestad aan de IJssel. ‘Gastvrij’ omdat voorzieningen in de oude binnenstad op loopafstand van elkaar liggen. ‘Gastvrij omdat je als bezoeker nét even wat meer aandacht kunt verwachten in winkels, horecagelegenheden, musea en gewoon op straat. En toch heeft Kampen te maken met leegstand in de binnenstad en dalende bezoekersaantallen. Webwinkels en perifere winkelcentra bedreigen het binnenstedelijke voorzieningenapparaat. Kampen is híerin alleen niet uniek, veel kleinere stadskernen hebben te maken met deze ontwikkeling. Juist daarom is het nu tijd om te kijken hoe we die ‘dorpse’ kracht van Kampen kunnen gebruiken om de huidige bezoekers uit omliggende wijken en kernen zoals IJsselmuiden aan Kampen te binden, en de bezoeker van ver te verleiden een bezoek te brengen aan deze unieke stad aan de IJssel.
Maar hoe doe je dat dan? Hiermee is een kerngroep van deskundigen en/of vertegenwoordigers vanuit verschillende doelgroepen aan de slag gegaan. Het unieke van deze VCP-kerngroep is dat ze niet vanuit één enkel belang redeneren omdat dit veel meer dan gewenst de nadruk legt op gebruikswaarde. Van deze kerngroep kan dan ook verwacht worden dat hun rol niet slechts het ‘vertegenwoordigen van achterbannen’ is (geweest). Integendeel, deze groep heeft zich geprobeerd in te leven in alle betrokkenen van de binnenstad zowel binnen als buiten de werkgroep. Waarbij er met name gekeken is naar de unieke gebiedskenmerken van Kampen beschouwd vanuit het drieluik ‘Leefbaarheid’, ‘Duurzaamheid’ en ‘Levensvatbaarheid’ (zie hoofdstuk 1: Kampen Kwaliteitsstad). Doorgaand op de redeneerlijn van de kerngroep is er bijvoorbeeld aan de leefbaarheidscomponent in de breedste zin van het woord invulling gegeven. Zo wordt een weg niet enkel beschouwd als transportader van verkeer, met deze weg hangt ook een gevoel samen. Zowel vanuit historisch perspectief als gebruikersperspectief gezien. Bij een weg gaat het namelijk ook om aspecten zoals de aantasting van kwaliteit van leven door overlast en vervuiling. Als er aan de directe omgeving van deze weg vergroening toegevoegd kan worden dan komt dit de aantrekkelijkheidscomponent ten goede en neemt het ‘plezier’ van wonen aan deze weg toe. Immers, de weg wordt niet alleen maar gebruikt door langsrazend verkeer maar wordt ook een aantrekkelijk milieu om te verblijven. Zo kan het op termijn ‘wegstrepen van parkeerplaatsen’ niet enkel bekeken worden vanuit het gebruikersperspectief ‘minder parkeerplaatsen voor de bezoeker aan Kampen’ maar kan er ook vanuit het totaalbeeld, het toevoegen van kwaliteit, naar de binnenstad van Kampen gekeken worden. Dat is wat de VCP-kerngroep getracht heeft te doen.
Op deze manier kan er ook gekeken worden naar éénrichtingsverkeer met herinrichting die als tussenvorm kan fungeren tussen ‘leefstraten’ en ‘verkeersstraten’. Zeker in kwetsbare monumentale binnensteden zoals Kampen waarin de binnenstad ook een woonfunctie heeft, is deze benadering van de openbare ruimte van levensbelang. Kwaliteitsstraten kunnen een cruciale rol spelen op die plekken waar het gemotoriseerde verkeer de afgelopen jaren de overhand heeft gekregen. Dit wil niet zeggen dat de auto niet meer welkom is of verbannen wordt uit de binnenstad. Door een logische en goed aangegeven circulatie kunnen een aantal straten omgezet worden in straten waar de ‘auto te gast’ is en waar faciliteiten worden getroffen waardoor het voor fietsers, 60% van de Kampenaren komt immers op de fiets naar de binnenstad, en wandelaars aantrekkelijker wordt om langer te verblijven in de binnenstad. In een stad als Kampen is dat mogelijk omdat de binnenstad bijzonder smal is. Een unieke kernkwaliteit die te danken is aan economische terugval in een deel van de Kamper geschiedenis. Kampen kent niet veel grachtengordels waardoor de stad zich smal en langgerekt heeft kunnen ontwikkelen tussen groen (de eindeloze weilanden in het achterland) en blauw (de IJssel). Dit is een plek die het verdient om aantrekkelijker te worden zodat bezoekers verleid worden hier langer te vertoeven zonder dat dit ten koste gaat van de unieke gebiedskwaliteiten en leefbaarheid van de totale binnenstad. Vertaald naar het verkeerscirculatieplan van deze stad stelt de kerngroep een circulatie voor waarbij op het hogere schaalniveau de auto centraal staat (toegangswegen) en waar op lager schaalniveau bezoekers op de magneten verleid worden om te wisselen van modaliteit. Cruciaal daarbij is de verbinding tussen magneet en binnenstad. Deze fiets- en looproutes moeten zo aantrekkelijk en kort mogelijk zijn met een maximaal gevoel van veiligheid. Juist om deze reden zetten we in dit verkeerscirculatieplan in op kwaliteitsroutes waar de auto ‘te gast is’ zodat er aantrekkelijke verblijfmilieus ontstaan die het smalle en monumentale karakter van Kampen benadrukken.
Daarbij zetten we in op keuzevrijheid waarin verleiding centraal staat. Tevens betekent voorliggend plan dat niet alles realiseerbaar en uitvoerbaar is op de korte termijn. Wel is het belangrijk dat er nu al keuzes gemaakt worden die de beschreven lange termijn ontwikkelingen mogelijk maken
Kampen, Hanzestad aan de IJssel met een ‘dorps’ karakter en unieke monumentale kwaliteiten die de schakel vormen naar een plek waar bezoekers langer willen zijn. Dat is volgens ons het investeren waard.
Kerngroep Verkeerscirculatieplan